En, wat ga jij doen na je pensioen? 
 

Thema 3

Het pensioen

Ga even mee in de volgende stelling: "zo rond mijn zevenenzestigste mag ik eindelijk met pensioen. Hopelijk kan ik daar straks een flinke tijd van genieten. Maar hoe ga ik die periode eigenlijk invullen? Laat ik daar nu maar vast wat voor gaan sparen, want met alleen die AOW en dat beetje pensioen van de baas wordt het geen vetpot straks. Die wereldreis hoeft voor mij niet zo nodig, maar als de geranium uitsterft door de opwarming van de aarde heb ik straks ook niks om achter te gaan zitten. Ik wil wel graag voldoende middelen hebben om leuke dingen te kunnen doen."

De kans is groot dat een gelijksoortige gedachte in je leeft. En als dat inderdaad zo is, dan lijkt daar in eerste instantie niet zoveel mis mee. En eerlijk is eerlijk, er ís ook niet veel mis mee. Maar toch zit er ook een gevaar in. Dit "verstandige voorbereidend denken", door bezig te zijn met plannetjes maken en daar (financieel) bijtijds op te anticiperen, versterkt onbewust een beeld in je dat het gaat over de laatste fase van je leven waar je je nog druk om kan maken. En daarmee wordt de periode die daarna komt, je postpensioen, alleen maar -nog verder dan dat het al zat- in het hokje "onzichtbaar", "onbelangrijk" of nog erger, "onzin" gepropt.

Misschien ga je me nu arrogant vinden, maar ik durf te beweren dat jij je enorm interesseert in de periode die na dit leven komt. Die interesse heeft ieder mens namelijk van nature. Het is aangeboren, het zit ingebakken in je natuur.
En wie zijn degenen die hier het allermeeste interesse in hebben? Dat zijn diegenen die zeggen dat het ze geen bal interesseert. Dat zijn de struisvogels onder ons die er niet (meer) over durven na te denken en liever de kop in het zand steken. Misschien ben jij zelf ook zo’n struisvogel. Dat kan teleurstelling als oorzaak hebben, of misschien zijn opgedane trauma’s zelfs de boosdoener. Daardoor zien die personen eigenlijk alleen nog maar uit naar het moment dat het allemaal over is. Ze hebben zichzelf een verdovingsshot gegeven door de ik-ben-er-helemaal-klaar-mee-en-ik-zie-het-allemaal-wel-houding aan te nemen. Ze hebben het eigenlijk opgegeven, maar stiekem hopen ze op een wonder. Ze durven er alleen niet meer aan te denken.

Even kort terug naar de pensioenperiode zelf. Als je lichamelijk en fysiek een beetje mazzel hebt kun je zo’n twintig jaar genieten van je pensioen en met wat bonusgeluk kan die periode zelfs nog wat opgerekt worden. Maar na dertig jaar zal het zelfs voor de grootste bofkont toch wel over en uit zijn. Mocht je dan toch nog steeds leven, dan valt er in ieder geval niet heel veel meer te "genieten". Dertig jaar….dat ís ook best een knappe tijd als je beseft dat je dan elke dag alle tijd voor jezelf hebt. Maar wát stelt die dertig jaar nog voor, als je die tijdsduur stelt naast de eeuwigheid die daarna volgt? Dat moment dat je pensioen erop zit, dat moment dat die laatste zandkorrel door de versmalling van de zandloper kruipt, dat moment…dat jij je laatste adem uitblaast.

Overdenking

Wellicht ervoer je herkenning bij het lezen over de invulling van je pensioen. Maar ik confronteerde je ook met de term "eeuwigheid" en "je van nature ingebakken interesse." Wat was je gedachte toen je dat las? Misschien iets van "hoezo ingebakken, door welke bakker dan?" Welke gedachte je daar ook bij hebt, noteer en parkeer dit ook maar weer voor straks.


Volgende pagina
Vorige pagina
Email