Hoofdstuk 5
De overwinning
De kruisiging werd een feit en Jezus stierf. Hij had alle zonden van een ieder die zich zou bekeren mee in het graf genomen. Daarmee had Hij de peperdure rekening voor de velen betaald.
God erkende de kruisiging als een rechtvaardige daad. Vanaf het moment van de kruisiging heeft ieder mens de mogelijkheid om zich te verzoenen met God. Daardoor kon -en kan- ieder mens vrijspraak krijgen van alle schuld! Jezus betaalde met Zijn leven de rekening die de mens had moeten betalen.
Bij het graf houdt het verhaal echter niet op. Jezus was (en is) niet alleen Mens, Hij was (en is) ook de eeuwige Zoon van God. Drie dagen later stond Hij op eigen kracht op uit de dood. De dood, die door de zonde van Adam was geboren, was door de opstanding van Jezus voorgoed overwonnen.
Jezus heeft nog een korte tijd na Zijn opstanding op aarde rondgewandeld. Daarna werd Hij in een wolk opgenomen en keerde terug naar huis, naar Zijn Vader in de hemel. Zijn taak op aarde was volbracht.
Je bestemming
Jezus is niet aan het kruis gestorven voor iedereen, zoals wel eens wordt gezegd. Alleen een christen* is voor altijd vrijgekocht van de doodstraf, oftewel verzoend met God. Jezus heeft die straf immers op Zich genomen. Het is echter wél Gods verlangen dat iedereen behouden wordt.
* Een "christen" is een volger van "Christus", dus van Jezus. Zo meer daarover.
|
De mens heeft, zoals je inmiddels weet, een onsterfelijke ziel. Als aan zijn aardse leven een einde is gekomen, zal die ziel óf in de hemel, óf in het dodenrijk zijn. Ieder die in het dodenrijk terecht komt, zal op een later tijdstip in de hel worden geworpen. Degenen die, vanaf het moment van de kruisiging, in de hemel bij God zullen zijn, dat zijn de christenen en degenen die nooit een keus hebben kunnen maken. Denk daarbij aan baby's en mensen met een geestelijke beperking. Ieder ander die geweigerd heeft dat Jezus de straf voor hem wilde dragen zal zelf de straf moeten dragen! De hel is dan de enige geschikte plek voor die persoon, want iemand die in dit leven niets met God te maken wil hebben, wil dat na dit leven ook niet. En in de hel zal niemand door Gods aanwezigheid worden lastig gevallen.
Wanneer kan iemand nu zeggen dat hij een christen is, een volger van Jezus? Dus, iemand die er zeker van mag zijn, dat hij bij zijn sterven, wanneer dat ook is, gered is van de eeuwige straf; de dood.
Als je christen wil worden, zal de vijandschap tussen jou en God moeten worden opgeheven. Je zal met God verzoend moeten worden en dat is iets dat je onmogelijk zelf kan doen. Wat je wel zelf kan en ook dient te doen is een keus maken. Die keus maak je aan de hand van onderstaande regels. - Omdat je van nature een zondaar bent, iemand die daardoor volstrekt verdorven is in Gods ogen, verdien je het om gestraft te worden. Uitvoer van die straf houdt in dat je voor eeuwig afgezonderd wordt van God.
- Jezus is aan het kruis gestorven om die straf voor jou op Zich te nemen.
- Het vergoten bloed van Jezus aan het kruis, gaf God volledige voldoening. Nadat Jezus was opgestaan en naar de hemel was teruggekeerd, aanvaardde de Vader dat bloed van harte, waardoor de verzoening tussen jou en God bekrachtigd werd.
- Doordat Jezus jou met Zijn bloed heeft vrijgekocht van de straf, ben jij vergeven en heb je het eeuwige leven ontvangen. Je bent daardoor niet meer van jezelf, maar Hij is nu jouw nieuwe eigenaar.
Zodra jij elk van bovenstaande regels beseft en erkent, dan mag je dat vanuit je hart aan God vertellen. Als je Hem daarbij vertelt dat je vanaf nu graag en voor altijd een kind van Hem wil zijn, doordat je Jezus als je Redder en Verlosser in je hart wil sluiten, dan zal Hij je per direct en in volle vreugde als Zijn kind aannemen! Wie je ook bent, wat je ook gedaan hebt en ongeacht hoe oud je bent! En daardoor heb jij vanaf dat moment een geheel nieuwe toekomst ontvangen!
|